[1]
Dit recept gebruik ik voor speculaasjes, pepernoten (die natuurlijk eigenlijk kruidnoten heten) en voor speculaasbrokken. Ik maak meestal een kilo deeg in een keer en vries dan het grootste gedeelte van het deeg in, in kleine bollen. Handig als ze op school gaan bakken, of we thuis ineens zin hebben in nog meer pepernoten. Onderaan het artikel lees je hoe je speculaasbrokken maakt en speculaasje met een speculaasroller [2].
Dit heb je nodig:
- 50 gr koude margarine
- 50 gr bruine basterdsuiker
- 100 gr glutenvrij zelfrijzend bakmeel
- snufje zout
- 1 theelepel glutenvrije speculaaskruiden
- 1 theelepel wijnsteenbakpoeder (natuurwinkel) of 1/4 theelepel Fiberhusk
- beetje melk (gewoon, soja- of rijstmelk)
Zo maak je het deeg:
Doe alle ingrediënten bij elkaar, maar wacht even met de melk. Kneed het deeg met koude handen (of laat de keukenmachine dat voor je doen) en voeg alleen melk toe als het deeg te droog is. Als het een soepel samenhangende bal is, het deeg minstens een half uur in de koelkast laten opstijven.
Voor de massaproductie: je kunt een lange rol van het deeg maken, daar plakjes van snijden meteen op de bakplaat leggen per stuk of nog even in je palm van je hand vormen tot een bolletje.
Een bakplaat bekleden met bakpapier en kleine platte balletjes vormen van het deeg en niet te dicht bij elkaar op de bakplaat leggen.
Oven voorverwarmen op 170 graden en de pepernoten ongeveer in 20 minuten bruin laten worden. Even laten afkoelen voor je ze van het bakpapier haalt.
Voor speculaasjes Ik gebruik geen speculaasplank, mijn deeg blijft daar altijd in plakken en dat wordt een zootje. Ik gebruik deze speculaasroller van Westmark, superhandig:
Voor speculaasbrokken: 1 grote plaat rollen, bakken en vervolgens in stukken breken.
Voorraadje deeg: Ik maak meestal een kilo deeg, dat doe ik dan in bollen in de vriezer. Gaan ze morgen op school pepernoten bakken? Geen stress, ik haal een bol deeg uit de vriezer en geef ‘vers’ bakpapier en een eigen bakblik mee.
[1]